Van oudsher kennen verschillende Noordelijke landen, zowel binnen als buiten Europa, de traditie om in ijswater te zwemmen. Men zwemt in ijswater om het lichaam sterker en gezonder te maken. Door de enorme reactie van het lichaam op de kou, worden hart, bloedvaten en longen getraind. Tevens stuurt het lichaam uit overlevingsdrang alle warmte naar de vitale organen. Zo worden door de hogere lichaamstemperatuur, virussen en ziektekiemen verbrand.
Belangrijk is dat je lichaam eerst warm moet zijn, voordat je het koude water in gaat. Een sauna of een goede fysieke inspanning geeft een beschermende voorraad warmte. Met een koud lichaam gaan zwemmen geeft risico’s voor o.a. hart, nieren en gewrichten. ‘’Hoe meer, hoe beter’’ geldt niet in het geval van winterzwemmen. ‘’Kort en krachtig’’ is het uitgangspunt. Verder is kenmerkend, dat je blijft bewegen in het water en niet stil gaat zitten. Door te blijven bewegen kan de kou optimaal inwerken op het lichaam en is daarmee het gezondheidseffect groter. Zorg dat je na het zwemmen schone en droge kleren aan kunt trekken en iets warms te drinken neemt.